Uw cavia

De cavia (Cavia porcellus) komt oorspronkelijk uit Zuid-Amerika. Hij wordt ten onrechte nogal eens marmot genoemd. De echte marmotten komen in de Alpen voor.

Huisvesting en hanteren

De cavia is een in groep levend sociaal dier. Onder de mannetjes, ook beertjes genoemd, is er een duidelijke hiërarchie. Een groep geslachtrijpe beertjes moet dan ook over een groot hok kunnen beschikken of ze moeten individueel worden gehouden. De vrouwtjes, ook zeugjes genoemd, kunnen zonder probleem in een groep worden gehuisvest. De dieren moeten zich kunnen verschuilen, bijvoorbeeld in hooi of onder een afdakje. Als bodembedekking kunnen houtkrullen of zaagsel worden gebruikt. Zaagsel heeft wel als nadeel dat het zich bij de beertjes kan ophopen onder de voorhuid van de penis en daar een chronische ontsteking kan veroorzaken. Cavia’s kunnen goed tegen lagere temperaturen als ze een verblijf hebben met voldoende bodembedekking en in een groep worden gehouden. Vermijd daarbij tochtige en vochtige omgeving. Ze zijn ook minder bestand tegen hogere temperaturen. De ideale temperatuur van hun verblijf is tussen de 18° en 23° met een relatieve vochtigheidsgraad tussen de 50- 70%.

De cavia is een goed te hanteren dier, dat niet snel zal bijten. Het moet met beide handen worden opgepakt : met de volle hand onder de borstkas terwijl het lichaam met de andere hand wordt ondersteund. Het zijn zeer beweeglijke diertjes die heel luidruchtig kunnen zijn.

Voeding

Cavia’s zijn herbivoren (planteneters). Cavia’s zijn niet in staat vitamine C te synthetiseren. Ze hebben dus dagelijks een extra portie vitamine C nodig. Dit kunnen ze opnemen via:

  • commerciële voeding waarin extra stabiele vitamine C aanwezig is
  • het verstrekken van koolsoorten, wortelen, peterselie en sinaasappel
  • vitamine C – supplementen

Caviaatjes zijn heel kieskeurig wat hun voeding betreft. Ze kunnen zelfs eten en drinken weigeren als het voedsel of de voerbak zijn veranderd. Wijzigingen in de voedersamenstelling dienen doorgevoerd te worden over een periode van minimum 5 dagen om maagdarmproblemen te voorkomen. Voor een optimale vertering dienen vooral voldoende ruwe vezels verstrekt te worden. Daarom is hooi onontbeerlijk. Daarnaast kunnen diverse groenten (broccoli, andijvie, sla, wortelen, kool, waterkers…) en af en toe wat fruit toegediend worden.Vermijd zo veel mogelijk de klaargemaakte graanmengelingen, daar deze te veel suikers bevatten. Uiteraard zijn koekjes en andere snoepjes uit den boze.

Het voedsel moet vaak worden ververst en de voerbak moet regelmatig worden schoongemaakt omdat ze er in morsen en er hun behoefte in doen. Ook waterflessen, liefst met roestvrij stalen drinktuiten, of drinkschalen moeten dagelijks worden gereinigd. Een gezonde cavia eet elke dag ongeveer 5 à 6 gram droog voer per 100 gram lichaamsgewicht. De ideale wateropname is ~ 10 ml per 100 gram lichaamsgewicht.

Fysiologie

Een cavia wordt gemiddeld tussen de 4 en de 6 jaar oud, tot maximum 8 jaar. Volwassen beertjes wegen gemiddeld tussen de 900 g en de 1200 g, terwijl een zeugje tussen de 700 g en de 900 g moet wegen. De lichaamstemperatuur van de cavia kan iets hoger zijn dan bij de mens, nl tussen 37.2 en 39.5°C.

Cavia’s zijn fokrijp tussen de 3 à 4 maand. De draagtijd van de cavia bedraagt 56 à 74 dagen, afhankelijk van de worpgrootte, die kan oplopen tot 8 (!) jongen. Elk jong weegt gemiddeld 70 tot 100 gram en wordt gedurende een drietal weken door het zeugje gespeend. Geslachtsonderscheid: de zeugjes hebben een Y-vormige geslachtsopening, terwijl die bij de beertjes meer spleetvormig is. Bovendien is bij de mannetjes een botje voelbaar in de penis. Bij volwassen mannetjes zijn de teelballen goed zichtbaar.

Ziekten

Raadpleeg je dierenarts bij elk vermoeden van ziekte. Zij zullen je graag verder helpen. Wacht niet te lang, je cavia toont niet snel dat hij/zij zich niet goed voelt.

Mijten

Infectie vindt plaats door direct contact. Schurft is een multi-factoriële ziekte: een niet-hygiënische huisvesting werkt dit bijvoorbeeld in de hand. De symptomen zijn vooral jeuk, haaruitval, huidverdikking en korstvorming.

Schimmel

Deze infectie vindt plaats door direct of indirect contact. Jonge dieren zijn bijzonder gevoelig tijdens de haarwisseling. De kenmerken van deze ziekte zijn roodheid, ovale vlekken met haarverlies en korstvorming. Deze ziekte is besmettelijk voor de mens!

Tandproblemen

De tanden van cavia’s groeien continu door. Tandproblemen ontstaan door verkeerd afslijten ten gevolge van een onaangepaste voeding (vb. tekort aan vitamine C, een tekort aan ruwe vezel of een verstoorde mineralenbalans).

Deze tandproblemen kunnen pijn veroorzaken. Tekenen zijn o.a. speekselvloei, vermageren, veranderd eetgedrag. In zeer erge gevallen vormen de onderste kiezen een brug over de tong zodat de dieren niet meer kunnen eten.

Spijsverteringsstoornissen

De oorzaak hiervan is vaak een onaangepaste voeding (te eiwitrijk voer, te weinig vezels, te veel suikers, te weinig eten of drinken) of een onderliggende ziekte. De dieren vertonen een slechte algemene toestand, opzwelling of diarree. Soms sterven ze zonder voorafgaande symptomen.

Vitamine C tekort

De symptomen zijn botfracturen, slechte wondgenezing, gestoorde tandvorming, bewegingsstoornissen, ontstekingen en algemene weerstandsvermindering.